4 april 2019
Informatiegestuurd modelmatig fiscaal toezicht. Proefschrift van Bernd Veldman, Belastingdienst.
Model van Jensen & Meckling: principal, agent, monitor. De 'principal' wil weten of 'agent' zich aan de regels houdt, maar heeft een informatie-achterstand. Daarom organiseert de 'principal' een 'monitor'. In Nederland: 'principal = maatschappelijk verkeer', 'agent = ondernemingsleiding' en 'monitor = toezichthouder'. De toezichthouder heeft 5 functies. 1) Informatiepositie over naleving. 2) Informatiepositie over effect (van keuzes in) handhaving. 3) Toetsen van aannames over kans op fouten bij bepaalde factoren. 4) Inzicht krijgen in actoren en motieven van regelnaleving van groepen en personen. 5) Vergroten van de kans op regelnaleving.
Werken met een 'foutkans' om met monitoring zoveel mogelijk fouten te vinden met de beschikbare middelen. Je moet juist een deel aselect werken om de aannames over voorgaande foutkans te toetsen. Men meet een uitkomst aan de werkelijkheid. Men vertaalt de werkelijkheid naar een indicator. Men meet een uitkomst op basis van de indicator. De uitkomsten worden vergeleken. Als de uitkomten voldoende overeenkomen, dan is de indicator nog juist. Anders moet er een nieuwe vertaling gemaakt worden.
Indicatoren hebben twee aspecten. 1) Sensitiviteit. 1a) Laag betekent dat de indicator weinig in de populatie aanwijst. 1b) Hoog betekent dat de indicator veel aanwijst. 2) Specificiteit. 2b) Laag betekent dat de aanwijzing door de indicator weinig betrouwbaar is. 2b) Hoog betekent dat de aanwijzing door de indicator heel betrouwbaar is. Bijvoorbeeld: een 100% controle heeft een hoge sensitiviteit, maar een lage specificiteit (schieten met hagel). Een 'duidelijk probleem-controle' volgens een capabele expert heeft een lage sensitiviteit en een hoge specificiteit (scherpschutter).
Administratieve werkelijkheid is opgebouwd in lagen. A) Registratie door taal, getallen, symbolen: gegevens. B) Worden door een gebruiker in relatie gebracht: informatie. C) Door toepassen van kennis wordt deze bruiker, geeft richting aan handelen: kennis. D) ..... : begrip. E) Inzien van onderliggende principes in gegevens, informatie, kennis: wijsheid.
Handhaving bij overtreding van de norm van de 'principal' op basis van de 'monitor': *) Boete *) Vermaning *) Voorlichting *) Correctie (model van Kohlberg en Rijncarz)